Net als in 1926 brengt sneeuw en regen in 1995 opnieuw overstromingsgevaar met zich mee. Het komt uiteindelijk niet zover, maar in 1995 wordt het land van Maas en Waal wel verplicht geëvacueerd.
Zonder bemanning kan de fabriek natuurlijk niet doordraaien, maar gelukkig krijgen de stokers pasjes waarmee ze het geïsoleerde gebied toch in kunnen om het vuur warm te houden. Dat neemt niet weg dat de productie compleet stil komt te liggen: een flinke kostenpost voor de fabriek.
Ook zorgt het kwelwater dat vanuit de grond naar boven komt stuwen voor stoom en grote temperatuursverschillen. Opnieuw ontstaan er grote scheuren in de ringoven.